Pronken met jezelf ©Lonneke Stulen

Toen social media voor het eerst hun opwachting maakten op internet, was ik sceptisch. Hoe kun je nu via het toetsenbord tot elkander komen! Het leek me iets voor contactgestoorde huismussen. Is het natuurlijk ook. ’t Duurde alleen even voordat ik besefte dat ik zelf ook zo’n mus was geworden.

Pas toen de VPRO haar eigen social medium optuigde, besloot ik het een kans te geven. Dit HappyVPRO had namelijk een ironische ondertoon. En verdomd, het bleek een ideale arena voor mijn wise cracks. Ik werd er graag gelezen. Toch waren er ook lui die zich ergerden aan mijn humor – of was het aan de aandacht die ik ermee kreeg? Met mijn ad rem schrijfstijl had ik weinig te vrezen van deze kniesoren, en ik was van huis uit gewend aan afbrekende kritiek, maar ik baalde van hun weerzin. Ik wilde een schrijver-voor-iedereen zijn.

Een van hen was B., een wat oudere man met Catweazle-sik. B. ging gebukt onder sociale angsten, zo zou ik later begrijpen. Hij deed me denken aan mijn moeder, en niet alleen vanwege haar straatfobie. Veroordeeld tot een virtueel leven, deelde B. graag tikken uit met zijn toetsenbord. Als mensen een taalfout hadden gemaakt, rechtse praatjes uitsloegen, het voor ‘BAH’merika opnamen of onecht deden, werden ze subiet door B. geschandpaald.

Toen HappyVPRO ermee stopte en iedereen naar Facebook verhuisde, verkaste B. mee. Ironisch genoeg moest hij eerst ‘vriend’ van me worden om zich aan mij te kunnen ergeren. Het waren vooral mijn zelfspot en selfies die het moesten ontgelden. Koketterie! meende hij, ijdeltuiterij! Daar kon ik me wel iets bij voorstellen. Toch liet hij zich ook ontvallen dat ie me een ‘geweldig schrijver’ vond en de publicatie van mijn boeken nauwlettend te volgen, met de nadrukkelijke kanttekening dat hij ze NOOIT zou lezen. Zó groot was die weerzin. Of was het verwantschap? B. leek een oudere broer die de ergste klappen van mijn moeder had opgevangen – en daarvan nooit helemaal hersteld was.

Probleem was dat B. zelf niets maakte. Nou ja, hij had ooit een boek geschreven over exhibitionisme, ‘Pronken met jezelf’ getiteld. Dat had de nodige media-aandacht gekregen. Mede daarom volgde hij mijn babysteps als scribent. Verder reageerde hij vooral op posts van anderen. Dat deed ie afwisselend vals en sentimenteel, maar ook grappig en wijs, eerlijk en sociaal onwenselijk (wat immer mijn respect krijgt). Geleidelijk aan werd het stil rond B. Kennelijk had hij me ontvolgd, was ik nog steeds geen schrijver-voor-iedereen. Soms miste ik zijn gevit, zoals ook het gescheld van mijn moeder. Een signaal dat je bestaat.

En toen, opeens, was ie écht weg. Afgereisd naar Gene Zijde. Zijn eigen keuze naar het schijnt. Niet omdat hij ziek was, maar levensmoe. Kon ik me wat bij voorstellen, als je het van online contact moet hebben. Ik was onder de indruk van zijn beslissing, vond het bijna jammer hem nooit ontmoet te hebben. Niet omdat ik de rigoureuze stap uit zijn hoofd had willen praten. Integendeel. Ik had er graag meer over willen weten, in de zin van advies inwinnen bij een oudere broer. Voor als ik straks het pronken met mijzelf moe word. Want dat moment wacht zelfs een schrijver-voor-bijna-iedereen.

Op de foto: B. haalde de krant toen er voor zijn deur een catwalk werd ontrold.

De schitterende foto is gemaakt door Lonneke Stulen: https://lonnekestulen-photography.com.