Columns over tv-programma's 1993-1998
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Abortus als economische overweging
Zaterdag gekeken naar de actualiteitenrubriek 'Reporter' van de KRO. In de gids stond ze namelijk omschreven als 'een rubriek die op een andere manier de actualiteit belicht', en och: de programmamakers hadden de moeite genomen om de docu zelf in elkaar te draaien in plaats van bij de BBC aan te kloppen. Voordeel van de twijfel.
'Reporter' ging over kindermoord in India. In India worden jaarlijks duizenden pasgeboren meisjes gedood omdat hun ouders het zich niet kunnen veroorloven om de relatief 'onrendabele' meisjes op te voeden. De ziekenhuizen stellen de moeders in de gelegenheid hun baby anoniem bij het ziekenhuis af te leveren, maar van deze mogelijkheid wordt bijna geen gebruik gemaakt.
De obsessieve voorkeur voor jongens is overigens ook terug te vinden in de hogere millieus; hier is het echter geen overlevings- maar een statuskwestie. Rijke moeders doen bij iedere zwangerschap een beroep op kwakzalvers, die dan (tegen absurde honoraria) met behulp van de echoscopie het geslacht van de vrucht bepalen, zodat eventueel tot abortus kan worden overgaan. Een en ander heeft tot gevolg dat nog maar één op de vier kinderen in India van het vrouwelijk geslacht is.
'Reporter' brengt het syndroom duidelijk en vlot in beeld. Jammergenoeg ondergraven de journalisten hun reportage met een lichte hang naar sensatie en met een onverwachte naïviteit: het ene moment is de toon opgefokt ("Moordenaars!") en wordt er gebruik gemaakt van een tenenkrommende visuele impacttruc (namaak bliksem), en even later lopen de makers als schapen achter een lokale politiechef aan, die het als een persoonlijke taak ziet om de moordende ouders achter hun vodden te zitten, maar met de juridische nauwkeurigheid van een Idi Amin lukraak onder de dorpelingen huishoudt.
Belangrijkste minpunt is echter de arrogante, typisch Hollandse wijsvinger. Natuurlijk, respect voor 'anderslevenden' kent zijn grenzen, en zelfs wij - in onze klompenoase mogen kritiek leveren op culturen die kinderen besnijden en mijnen laten ruimen. Maar is het niet wat pedant om straatarme ouders in India als gevoelloze kindermoordenaars af te schilderen omdat ze te arm zijn om aan ons glorieus gezinsideaal te beantwoorden? En hebben ze in India niet enigszins andere opvattingen over de dood dan wij in Purmerend?
Die visie werd treffend geïllustreerd door een van de 'moordenaressen'. Zij verweet de moeders die hun kind na negen maanden dracht aan het ziekenhuis afstaan een gebrek aan moederliefde; ze vond dat een ware moeder haar kindje beter aan de God des Doods kan afstaan dan aan vreemden. Haar houding was allesbehalve onverschillig. Laat staan moordzuchtig.
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Barends verdrongen door hongerige De Leeuw
Sonja Barend, peetmoeder van Vara's talkshow arena, is oud en saai geworden. Rijp voor de VUT. Waren haar pogingen om voor Neerlands televisiegeweten door te gaan nog wel vermakelijk, haar hypocriete socioretoriek heeft zo langzamerhand iedere flair verloren. Zelfs ergernis wekt ze niet meer op.
Deze teloorgang wordt nog eens beklemtoond nu een jongere coryfee, Paul de Leeuw, laat zien hoeveel beter het kan: de Schreeuw van de Leeuw is duizend maal onderhoudender dan Sonja op Zaterdag. Niet zozeer omdat De Leeuw wars is van iedere hypocrisie, maar vooral omdat hij zo'n liederlijke uitstraling heeft. Omdat Paul zich kirrend op de Gooise matras stort en het ene na het Hilversumse superego'tj e onder zijn vette reet vermorzelt.
Het kwaliteitsverschil tussen beide televisiepersoonlijkheden is goed te merken nu de Vara hen vlak achter elkaar heeft geprogrameerd. Zo had Sonja afgelopen weekend een dame uitgenodigd die de leiding voerde over 900 man havenpersoneel en voortdurend door mannelijke bobo's gediscrimineerd werd. Ook hield ze er een lesbisch relatieleven op na, en zeulde ze vijftig kilo overgewicht mee. Heel erg dus.
Sonja kon haar compassie echter nog maar mondjesmaat veinzen en liet steeds vaker haar schelle hoonlach door de studio galmen. Aan het einde van het gesprek liet ze haar masker zelfs volledig zakken en droop de walging van haar af. Geen fraai gezicht.
Ook De Leeuw had voor zijn Schreeuw een flinke portie maatschappelijk leed gereserveerd: vrouwen met borstamputatie. Van zijn kant echter geen pathetisch gezuig, wel een hoop grove vragen - vragen die zo'n ingreep inderdaad oproepen: "Hoe groot is je litteken?", "Ga je wel eens zwemmen?", "Wat denk je als je voor de spiegel staat?" De Leeuw's directheid sorteerde een ontspannend effect, met als gevolg dat de vrouwen openhartig reageerden en er flink gelachen werd. Een taboe doorbroken? Voor eventjes in ieder geval.
Het is niet zozeer dat Paul de Leeuw meer moraal heeft dan Sonja Barend. Wel veel meer gevoel voor humor. De Leeuw wil lachen. Ten koste van alles en iedereen, ook van zichzelf. Dat maakt hem ongenaakbaar. Zonder die humor was Paul een gemakkelijke prooi van Sonja geweest - hij is immers dik, lelijk en verschrikkelijk homoseksueel ("Paul, ben je trots op je homo-zijn?").
Nu is Sonja een perfect slachtoffer voor Paul's sarcasme: ze is immers ijdel, dom en defensief ("Sonja, ben je zolangzamerhand niet te oud voor al die close-ups?"). Nog even, en Paul's derrière slingert Sonja's mantelpakmoraal met één flinke stoot voorgoed het talkshowpodium af. We zullen haar niet missen.
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Close-ups van verstilde non-dramatiek
Vanaf het moment dat 'Dallas' de Nederlands televisiekust bereikt had, werd het genre waartoe het behoorde neergesabeld door de vaderlandse cultuurkritiek. Buisvervuiling was het. Dallas liep echter als een trein en had, naar soap-maatstaven gemeten, eigenlijk een verdomd hoog entertainmentsgehalte. Die aantrekkingskracht kon volledig worden toegeschreven aan hoofdpersonage J.R. Ewing, wiens immorele, buitengewoon aantrekkelijke karakter een nieuwe dimensie gaf aan het oubollige fenomeen 'televiesieschurk'.
We leven inmiddels vijfien jaar later, en onze ether is vervuild met een zure regen aan zeepresten; videotroep als 'Santa Barbara' of 'As the world turns' kan nog niet in de schaduw van J.R.'s Stetson staan. Slechts één soapserie valt op, en dan alleen nog maar omdat haar kwaliteit omgekeerd evenredig is aan haar populariteit: 'The bold and the beautiful'.
B&B speelt zich af in de glossy galerijen van de modewereld. Iedereen sekst met elkaar, belazert elkaar en manipuleert elkaar - qua thematiek onderscheidt B&B zich niet van haar concurrenten. Dat doet ze wel qua stijl en opnametechniek: de dialogen worden tot in absurdum opgerekt om de intriges over een zo groot mogelijk aantal afleveringen uit te smeren, het camerawerk is zo close, dat we de dichtgeschminkte porieën van de acteurs kunnen ruiken, en de personages beginnen om de haverklap hardop te denken(!), omdat de scenarist bang is dat de kijker hun gedachten niet kan aanvoelen.
Verder worden afleveringen schaamteloos opgevuld met ellenlange en vooral onzinnige flash-backs (lees: scènes uit oude afleveringen, oftewel: tel uit je winst), en is er een opvallend gebrek aan muzikale ondersteuning waardoor de scènes zich in een kaal, onnatuurlijk videovacuum lijken af te spelen. In B&B worden bijna alle filmdramatische basiswetten geschonden.
Toch doet de serie het goed. Onverklaarbaar goed, vinden de critici. Op B&B moetje echter geen filmwetenschappelijke blaatargumenten loslaten. Gewoon, gezond verstand. Het is immers zonneklaar dat B&B (net als Dallas) haar kijkcijfers dankt aan de uitstraling van het hoofdpersonage, in dit geval aan pretty boy Ridge Forrester.
Niet vanwege diens hoge originaliteitsgraad, maar vanwege diens indrukwekkende masturbatiegehalte: als Ridge met zijn staarblik monotome stuivercliché's in de haarlakklonters van zijn tegenspeelsters fluistert, verdwijnen er vier miljoen middelvingertjes onder vier miljoen keukenschorten, en verpieteren er in vier miljoen keukens veertig miljoen spruitjes. Ridge is de laatste krent in de zouteloze sekspap van Neerlands sufgemasturbeerde huisvrouw. En dat is heel wat meer waard dan een vlot plot of een pittige dialoog.
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Smoezelkrimi lonkt te veel naar Miami Vice
De Duitse Krimi heeft een reputatie hoog te houden: degelijk acteerspel, realistische personages, geloofwaardig plot. Kwaliteit voor de burgerkijker met zondagavondsmaak. Maar de Krimi is in de loop der jaren topzwaar geworden van de commissarissen, rechercheurs en detectives. Daarom probeerden de schrijvers hun helden steeds nadrukkelijker te profileren.
Eerst had je alleen de degelijkheid van Der Kommissar versus het moralisme van Derrick, toen werden de contrasten verscherpt met het droge professionalisme van Der Alte tegenover het pragmatisch machismo van Schimanski, en uiteindelijk werden alle Krimi-cliché's overstegen met de neurotisch humeurige, en dus zeer menselijke Der Fahnder.
Maar de Krimischrijvers wilden verder. Ze wilden een held creëren die zou breken met de Krimitraditie. Geen Kartoffelngeneuzel meer, maar Big Mac-kloten. Om inspiratie op te doen, bekeken ze een dozijn afleveringen van 'Miami Vice', gingen ze een week aan de pep en de mescal, en hoestten ze een delirische brainstorm later detective 'Zorc' op. Hm.
Zorc onderscheidt zich vooral qua uiterlijk van zijn voorgangers. Hij heeft het gedrongen figuur van een ex-powerlifter en knipt zijn hoofdhaar zo kort dat zijn ouwelullenkransje een hardcore-karakter krijgt. Hij gaat gekleed in een flodderig grijs stinkpak met ouderwetse bretels en een doorgezweet overhemd dat openstaat tot zijn navel.
Inderdaad, Zorc is een ouwe ruigo. Dat moet 'ie ook wel zijn want hij opereert in de zelfkantsteegjes en yuppiedomeinen van Berlijn, waar hij omringd wordt door junkies met slechte adem en zakenlieden met een kwaad geweten. Zorc heeft zelf trouwens ook een duistere kant: hij is ooit legionair geweest. Natuurlijk niet zo'n huurling die zuigelingen aan bajonetten rijgt, maar eentje die oorlog als een existentialische zelfanalyse gebruikt. Een actiefilosoof.
Leuk ontwerp hoor, deze Zorc. Maar hoe is de serie zelf eigenlijk? Goedkoop, heel goedkoop. Van een stevig verhaal is geen sprake, de actie is knullig en de dialogen zijn lullig. Zorc sjouwt maar een beetje door rosse wijken en yuppiedisco's, waar hij pooiers te grazen neemt of duizend-DM-per-avond call girls van achteren neemt. Hij drinkt te veel vuurwater en inhaleert te zware Gauloises. En worstelt voortdurend met de blanke pit in zijn zieke bolster.
Geloof me, na één aflevering 'Zorc' hunker je naar de gezonde wallen van Derrick en het frisse gekanker van Der Fahnder. Naar de doodnormale, koude grondkwaliteiten van de Krimi. Laat Zorc in vredesnaam terugkeren naar het Legioen om zichzelf daar verder te ontdekken. En laat 'm in ieder geval eens een schoon overhemd aantrekken.
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Biechten on the road
De televisiekijker is de lawine aan buisfictie een beetje beu geworden. In Amerika probeert men deze lethargie op te vangen met het zogenaamde 'reality television', dat niets anders is dan registratie van werkelijk gebeurde, liefst dramatische gebeurtenissen, maar die door hun rauwe en vooral herkenbare karakter meer impact hebben dan alle soaps bij elkaar. Reality television bestaat uit twee extremen: adrenalitische en een sentimentele 'reality'.
Onder de eerste vallen misdaad- en ongevallenseries, zoals bij voorbeeld 'Cops', waarin cameralieden agenten achtervolgen die crackdealers voor hun ballen schoppen. De tweede categorie betreft diep intermenselijke contacten, oftewel 'gewone' mensen die huilen, schreeuwen en knuffelen bij The Oprah Winfrey Show. Echte kicks en echte tranen, en bovendien zeer goedkoop in elkaar te flanzen.
Beide Amerikaanse categorieën hebben de neiging emoties te draineren - ze zijn buitengewoon vermoeiend. Een opvallend milde en beter verteerbare vorm van werkelijkheidstelevisie komt nu eens van eigen bodem, van de NCRV nog wel liefst. 'Taxi' heet het. Taxi is eigenlijk een variatie op Candid Camera, maar omdat het sociale aspect een belangrijker rol speelt dan de humor, kan men van een echt 'realiteitsprogramma' spreken.
Het concept is simpel: in een taxi vol verborgen camera's stelt chauffeur/acteur Maarten Spanjer (al naar gelang zijn vracht) flauwe, botte, ironische of oprechte vragen aan zijn passagiers. That's all.
Een originele en vooral werkzame opzet, want in een taxi heerst een intieme sfeer, en hoewel de reiziger en de chauffeur niets met elkaar gemeen hoeven te hebben, komt er vaak een gesprek op gang - soms met opmerkelijke diepgang of openhartigheid. Belangrijke bijkomstigheid aan het programma is overigens dat de kijker zich niet voor zijn voyeurisme hoeft te schamen: alle passagiers hebben achteraf ingestemd met de uitzending.
Spanjer speelt zijn rol heel aardig. Hij is leuk als hij een stijve zakenman wijsmaakt dat er vlooien van een vorige passagier zijn overgebleven, hij is melig als hij een paranormale genezer uithoort over kosmische wetten, astrale lichamen, en aardse kanalen, hij is op dreef als hij tegen een narcistisch modetrutje over zijn schone onderbroek begint, hij is aandoenlijk als hij een meisje met ademhalingsmoeilijkheden 'een doorzetter' noemt.
Taxi bewijst dat reality television een aangenaam karakter kan hebben. Ik ben echter bang dat we nog heel wat jaartjes 'rotzooi reality' uit Amerika te slikken krijgen voordat onze eigen programmamakers de vaderlandse varianten wat meer uitgewerkt hebben. Dus eerst even doorbijten bij 'Fry' (ter dood veroordeelden knapperend op De Stoel) of 'Intensive Car Care' (laatste minuut van verkeersslachtoffers) voordat we toe zijn aan oer-Hollandse gezelligheid in 'Wallen' (biechtbabbels tussen hoer en hoerenloper) en 'Stamppot' (tafelruzies in onze eigen eetkamers). Vooral de laatste zal heel herkenbaar zijn...
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Ouwe jongens krentenbrood in de verre toekomst
In intellectuele kringen wordt nogal eens neergekeken op science fiction. Terecht. Het genre is doordrenkt van anachronistische ridderromantiek, intergallactisch kolonialisme en para-prietpraat-psycholgie, en wordt tot quasi-wetenschap opgetrokken met een kwak high-tech uit de Kijk. Toch bestaat er een charmante uitzondering: de televisieserie 'Star Trek'. Oftewel: de ruimtereizen van Starship Enterprise.
Zo op het eerste gezicht lijkt Star Trek veel vooroordelen te bevestigen. De pacifistische pionierstocht door het universum vertoont duidelijk imperialistische trekjes, en er vinden regelmatig confrontaties plaats met aliens die met hun Charlie Chan-snorretjes, hun oosterse accenten, hun mongoloïde jukbeenderen en hun (vanzelfsprekend) agressieve houding wel erg veel weg hebben van het Rode of het Gele gevaar.
En toegegeven: ook het populair wetenschappelijke wijsvingertje ontbreekt niet: iedere keer als de Enterprise op een monstrueus ruimtevirus of een telepathisch megabrein stuit, wordt de kijker belaagd met microbiologische of psychofilosofische levensvraagstukken... Maar een kniesoor die zich hieraan stoort. Star Trek is in de eerste plaats een oergezellig Kammerspiel.
Die gezelligheid krijgt een kans omdat schrijver Gene Roddenberry de personages en hun dialogen (zeker naar SF- maatstaven) opmerkelijk speels heeft uitgewerkt: het knettert op de Enterprise. Vooral tussen hoofdpersonages Captain Kirk en Mister Spock. Kirk is een 'born leader' met een onbreekbaar charisma, die door Roddenberry menselijk gehouden wordt door middel van geile trekjes (Kirk heeft de hele Melkweg bij elkaar geflirt), periodieke woede-uitbarstingen en een onweerstaanbaar gevoel voor humor.
Mister Spock, de science officer, is half aards half 'Vulcan', en gezegend met een ultra logisch brein, maar wordt beperkt door een hardnekkig gebrek aan ironie en spontaniteit. Deze twee respecteren elkaar omdat ze elkaar aanvullen: Spocks calvinisme compenseert Kirks emotionele onevenwichtigheid, en Kirks kloten werken besluitvaardig in situaties waarin (Spocks) ratio zinloos blijkt.
Andere sleutelfiguren aan boord van de Enterprise zijn dokter 'Bones' McCoy, een cynische wetenschapper die voortdurend op Spocks betweterij kankert, en machinist Scotty, die met zijn nuchtere, proletarische kijk op het leven alle poeha op de Enterprise relativeert.
Mede omdat de personages de serie decennia lang zijn trouw gebleven (tot en met de vijf bioscoopfilms toe) komen ze over als een hecht, gezellig team. Ze overtuigen. Dat kan jammergenoeg niet gezegd worden van hun opvolgers in de nieuwe Star Trek serie, 'The Next Generation': deze zijn veel te steriel, veel te verantwoord; Kirk is vervangen door een kale schoolmeester, Spock door een robot en Bones door een feministe. Hun acteerwerk is Shakespeariaans, hun dialogen zijn wetenschappelijk gefundeerd, hun verhoudingen zijn gedempt.
The Next Generation voedt de voordelen tegen het genre: uitsluitend voor saaie bèta-freaks die meer geïnteresseerd zijn in een complexe technologische plot, dan in een paar goeie intergalactische grappen.
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Gehandicapte zeur zoekt verlossing bij prostituee
De NCRV zond vorige week een opmerkelijke documentaire van de BBC uit: 'Seks met een handicap'. Ze ging over Kim, een spasticus die bijna alle controle over zijn spieren kwijt is. Hij is gekluisterd aan zijn rolstoel, afhankelijk van verzorgers en kan niet praten. Communiceren doet hij door zeehondachtige geluiden uit te stoten en met zijn kromgetrokken wijsvinger op een schemaatje basis-reacties aan te wijzen ('Yes', 'I don't know' en dergelijke). Kim is zwaar invalide.
Geestelijk is Kim echter helemaal in orde. Scherp en cynisch - bepaald geen zielige stakker. En dat wil hij de wereld graag laten weten. Met behulp van een geleende voice-over vertelt hij vol wrok over zijn lijdensweg; over de middeleeuwse inrichting, waar hij dertig jaar lang overgeleverd was aan de grillen en het sadisme van verzorgers ('The Gods', zoals hij ze noemt) die hem dwongen zijn eigen stront op te eten; over het onbegrip en de vooroordelen die hij ontmoet; en over zijn obsessieve seksuele frustraties.
Vooral over dat laatste. Want zijn voorplantingsorgaan functioneert uitstekend, terwijl hij - op zijn drieënveertigste - nog steeds maagd is: "Since puberty I've been aware of my sexuality. Unfortunately, no one else has." Die onblusbare seks-drive vreet zozeer aan hem dat hij, bij gebrek aan 'natuurlijke' seksuele contacten, besluit om zich door een prostuée te laten ontmaagden.
Een hele stap, en in Engeland zelfs een onmogelijke. Hij moet ervoor naar Amsterdam uitwijken waar hij via de Stichting Alternatieve Relatiebemiddelling in contact komt met een prostituee die gespecialiseerd is in seks met minder validen. Voor honderd gulden per anderhalfuur.
'Seks met een handicap' valt zowel tegen als op door een aantal onnodige en onverwachte minpunten. Om te beginnen is de (VHS?-) beeldkwaliteit ronduit belabberd, en de vormgeving onsmakelijk hip - alsof een MTV-stagiair met de home video van een inrichting heeft staan klooien. Verder komt de dame van lichte zeden, die met haar Florence Nightingale-geduld haar beroep toch een uniek sociaal academisch tintje geeft, nauwelijks aan het woord. Een gemiste kans.
Belangrijkste obstakel van de documentaire is echter de uitstraling van Kim. Toegegeven, het is verfrissend om een gehandicapte eindelijk eens onomwonden over dit weggemoffelde en doodgezwegen maar o zo zwaarwegende aspect van invaliditeit te horen - "I don't want your pity, I want your sex!" - maar zijn houding is zo akelig vastberaden dat je geen enkele sympathie voor hem kunt opbrengen: dit is geen man die naar erotiek of seks hunkert, maar een dwingeland die koste wat het kost zijn viriliteit wil bewijzen. Als hij 'gezond' was geweest, zou zijn houding alom als stuitend zijn ervaren.
Maar misschien wordt de emancipatie van het invalidenwezen niet eens geschaad door dit onsympathieke portret. Immers: een botte macho dwingt nu eenmaal meer respect af dan een zielige maagd.
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Kruiden-Yeti verovert Nederland
Vluchten kan niet meer: ze is overal. Ze heeft Nederland veroverd met een eigen cosmeticalijn, een eigen radioprogramma en een eigen televisieserie; met bestsellers, columns en diepe poëzie. Ze staat zelfs levensgroot in de Zaterdagbijlage van De Volkskrant. Ze domineert als een female Schwarzenegger alle media. Dames en heren, we hebben het hier over de grootste bedreiging van onze nationale cultuur sinds de uitvinding van Nederland Muziekland: 'Klazien uit Zalk'.
Klazien uit Zalk is een bejaarde boerin die in geneeskrachtige kruiden en oud-Hollandse wijsheden grossiert. Lijkt heel vertederend, totdat je haar een keer op de televisie aanschouwt: driehonderd pond spieren, de borstelwenkbrauwen van een Schotse herbergier, de trekschuitschouders van een Hongaarse kogelstootster, en de waggelmotoriek van een aangeschoten Sovjettank - een monster uit de Muppetshow. Maar Klazien straalt niet alleen instant gevaar uit, ze ìs ook gevaarlijk - ze ondermijnt de volksgezondheid.
Want achter haar imago van eenvoudige, eerlijke volksvrouw ("Ik bèn geen dokter en ik spéél geen dokter") schuilt een meedogenloos polderbeest dat cocktails van platgestampte gifzwammen en uitgeknepen bijtadders als alternatieve geneesmiddelen aan de man/vrouw brengt, en middeleeuwse drogcliché's als verlichte oerfïlosofie promoot. En het ergste is nog dat heel Nederland aan haar lippen hangt.
Klazien is ook het prijsdier van de NCRV geworden. Ze krijgt wekelijks een half uur zendtijd om haar persoonlijkheid in diverse settingen te profileren: in de luchtvaart, bij de politie, in de modewereld. Vorige week mocht ze de Antillen onveilig maken. Wat zijn onze rijksgenoten geschrokken toen daar opeens een melkbus in een bloemetjesjurk en met een kruidenbuiltje onder haar oksel uit de DC 10 kwam rollen.
De autochtonen, qua vleesmassa ongeveer de helft van Klazien, waren zó uit het veld geslagen, dat ze zich willoos overgaven aan haar spruitjeskolonialisme. Pure shock. Ik zal uw leeslust niet bederven met details van Klaziens beeldenstorm, maar feit is dat de laatste vonkjes oud-Curaçaose cultuurmystiek gesmoord werden in Klaziens hutspotboezem. Klazien was here!
U zult begrijpen dat dit stukje bedoeld is als een noodkreet. Als een laatste oproep om ons tegen Klazien uit Zalk te wapenen. Want Klaziens trip naar de Antillen moet beschouwd worden als een schijnbeweging. Haar eigenlijke doel is de Randstad, en tussen Zalk en de Randstad ligt - inderdaad - Utrecht.
Het is dus nog slechts een kwestie van dagen voordat het Kruidenmonster Hoog Catharijne uithobbelt, bus twaalf richting Uithof kaapt en pissebedpapjes, ratteklootkoekjes en kakkerlaksapjes gaat bereiden op de intensive care van het AZU. Vluchten kan niet meer.
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Nieuwszender zet vooral zichzelf voor het voetlicht
CNN International, the world's news leader. Meer dan honderd miljoen huishoudens in meer dan 200 landen kijken naar Ted Turners geesteskind. Waarom? Omdat ze niets beters te doen hebben? Omdat er niets beters op de buis is? Omdat er toevallig een spannende oorlog in Verweggistan is? In ieder geval niet omdat ze op de hoogte willen blijven van het wereldnieuws. Want CNN bedrijft niet zozeer journalistiek, als wel 'feitendramaturgie'.
De verslaggeving van CNN is uitgesproken oppervlakkig. Daarover geen discussie. CNN beseft haar tekortkomingen zelf dondersgoed, en compenseert ze met een bruisende news-score propaganda: iedere vijf minuten probeert ze ons brein te wassen met een bombardement aan spotjes waarin ze zichzelf tot grootste en dus belangrijkste nieuwskanaal uitroept, terwijl ze ons onderbewustzijn inpalmt door een 'goed geolied' en 'hard werkend' redactieteam achter de nieuwslezer te ensceneren. CNN's imago: "We graven misschien niet diep, maar we zoeken hard en vinden veel!"
Toch is hun berichtgeving ook in kwantitatief opzicht beperkt. Het spervuur van nieuwsklappers, waar CNN patent op zegt te hebben, blijkt niets anders dan een voortdurende herhaling van dezelfde nieuwtjes, die nog eens opgefokt en opgeklopt worden door een neurotisch MTV-montage-ritme. Béng. Béng. Béng. In de wereld van CNN worden er iedere seconde zeslingen geboren, regeringen omver geworpen en Jumbo's gekaapt, maar het zijn wel steeds dezelfde zeslingen, regeringen en Jumbo's.
Welbeschouwd heeft CNN te weinig nieuws en te veel tijd. Dit probleem ondervangt ze weer met 'specials' over volstrekt overbodige, maar o zo ontroerende en herkenbare regionale wetenswaardigheden ('zwangere otter uit rioolbuis gered'), en met economische lariekoekprogramma's als 'Businessworld' en 'Your Money', die gepresenteerd worden door ideale schoonzonen, en die zó oppervlakkig zijn dat zelfs een beginnende yup ze voor satire zal verslijten.
Voor de paar idioten die persoonlijkheid bij CNN zoeken, is er de talksow van Larry 'Don't go away' King, die playmates en ex-presidenten aan diepte-interviews onderwerpt. Zijn show is inderdaad uniek, want Larry's hypermanische interviewstijl laat zelfs de meest professoionele Witte Huis PR-klepper geen ruimte voor een antwoord. Larry interviewt altijd Larry.
Veel poeha en weinig nieuws... Toch kijkt heel de wereld ernaar. Waarom? Omdat CNN, in de beste Hollywood-traditie, zijn nieuws als een spannende film weet te brengen. Omdat ze de Golfoorlog als een kruising tussen 'Platoon' en 'War Games' presenteert, de ramp in de Bijlmer als 'The Towering Inferno', en de val van de Italiaanse regering als 'The Godfather'. Omdat film nu eenmaal overtuigender is dan realiteit.
Hoogtepunt in CNN's feitendramaturgie is zijn laatste promotiespotje, waarin ze historische gebeurtenissen in slow motion en in overvloeimontage, ondersteund door Mozarts Requiem, als een droom door de buis heen laat zweven. Adembenemend. Op zulke momenten laat Ted Turner zien wat hij werkelijk wil zijn: geen journalist, maar God.
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Zelfverzekerde losers wedijveren om Het Meisje
Nederlandse omroepen hebben er een handje van om Amerikaanse televisiespelletjes over te nemen en ze vervolgens te 'verDutchen'. Denk aan het Rad van Fortuin, Lingo en Prijzenslag - allemaal Hollandse strontklonters met een Amerikaanse nestgeur. Toch kunnen sommige Amerikaanse spelletjes godsonmogelijk vernederlandsd worden. Studs (opgekocht door RTL 4) is zo'n programma.
De naam 'Studs' refereert naar twee binken die ieder drie blind dates hebben gemaakt met drie dezelfde dames. Deze dames biechten vervolgens hun bevindingen op aan de spelleider die de heren tijdens de uitzending met deze uitspraken confronteert. De binken moeten dan raden welke dame bij welke uitspraak hoort. Waar de dames bijzitten natuurlijk... U zult begrijpen dat zo'n confrontatie in een draaikolk van gênante situaties kan ontaarden.
Zeker ook omdat de spelleider - een even glibberige als geestige intrigant - iedere opmerking een dubbelzinnige lading meegeeft, en onophoudelijk naar de ware toedracht van die avond zit te vissen. Wat is er allemaal gebeurd? Niets natuurlijk. Blind dates zijn zelden succesvol. Maar Amerikanen zijn als de dood om voor preuts versleten te worden - zeker als ze door honderd miljoen landgenoten bekeken worden.
Dus proberen ze de indruk te wekken dat de stukken eraf vlogen. Dat ze flink van Jetje zijn gegaan. Van Wippenstein. Van bil. En soms verliezen ze zich zodanig in hun wishful thinking, dat ze de soft pornogrens overschrijden: "Hij zoende als een paling", "Hij was te groot voor me", "Ik voelde iets diep binnen in me branden..." En het publiek maar klaarkomen.
De studs hebben natuurlijk ook een reputatie hoog te houden. Deze narcistische mollenbreinmacho's met hun cocktailbabbels, George Michael-jasjes en Milli Vanilli-kapsels, die elkaar om de haverklap 'high fives' geven, schuine geintjes maken en hippe kreetjes slaken, gaan er immers en public prat op dat ze zichzelf een stuk vinden.
Ook de dames doen er alles aan om hyperseks uit te stralen. Deze domme kwettergansjes grijpen, vastgesnoerd in undersized ministretchjurkjes, iedere gelegenheid aan om de zendtijd vol te kirren en vol te giebelen, vol te kwebbelen en vol te giechelen. Soms wordt het vrouwelijk front verzwakt door een miscasting, doorgaans een defensief type dat krampachtige pogingen doet om serieus genomen te worden - zoiets als: "Ja, ik maak dan wel blind dates met een dekhengst, maar dat wil nog niet zeggen ik zomaar met iedereen de koffer induik!?" Heel overtuigend.
Begrijpt u waarom dit programma niet te verDutchen is? Precies. Omdat Nederlanders niet hysterisch met seks omgaan. Omdat Nederlanders nuchter zijn. Gezellig zijn. Degelijk zijn. Saai zijn. Dus in 'Binken' geen kans op opgefokte dubbelzinnigheden, geile giechellachjes, of ons-kent-ons-grinnikjes. Als een Bink een blind date maakt, gaat 'ie samen met z'n afspraakje lekker voor de buis hangen. Lekker naar Studs kijken. En dan lekker indommelen.
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Toen drugshandel nog romantisch was
De BBC heeft een interessante documentaire-serie over de geschiedenis van het Engelse gangsterdom gemaakt: 'The Underworld'. Archiefbeelden van politie-acties, suggestieve opnamen van duistere lokaties, interviews met getuigen, slachtoffers en (vaak onherkenbaar gemaakte) vaklui worden aan elkaar gepraat door de cockneystem van Bob Hoskins.
Het boeiende aan de serie is dat ze enerzijds de fascinatie voor gangsters voedt met verhalen over hun coolheid en zwarte humor, maar dat ze tevens probeert deze romantiek te ontzenuwen met details over sadisme, koudbloedigheid en verraad - de sfeer van film noir wordt overschaduwd door harde feiten.
In de laatste aflevering kon de. kijker eindelijk eens ongegeneerd meefantaseren met de boeven. Ze ging namelijk niet over maffiosi of huurmoordenaars, maar over amateuristische cannabissmokkelaars. Veelal hippies die, met een flair voor avontuur en een zwak voor het grote geld, eind jaren zestig de basis legden voor de belangrijkste soft drugs-lijnen.
En al was hebzucht ongetwijfeld hun belangrijkste motief, allen koesterden oprechte idealen over legalisatie en pacifisme: ze werden noch gehinderd door het schuldgevoel dat bij hun burgerlijke milieu paste, noch gedreven door de bloedlust die bij echte drugshandel hoorde.
Zo was er Charles, een beatnikdealertje dat stuff verkocht om zijn eigen blows te kunnen betalen. Hij stopte de kofferbak van zijn mini in Katmandu vol shit om even later met zweethandjes en een tight ass door de douanecontrole heen te glippen. De zenuwinzinking die daar op volgde werd al snel gecompenseerd met de euforie van een paar honderd pond winst.
Collega Chris, een bijna failliete casinohouder en fervent voorvechter van legalisering van de liefdesdrug, haalde met een gammel zeilbootje dertig kilo uit Marokko om van de winst vervolgens een veel te dure raceauto te kopen. Ook Howard wentelde zich vol overgave in de romantiek van de smokkel en propte tonnen hasj in de geluidsboxen van rockbands. Wat hen uiteindelijk nekte was de easy money: ze wisten van geen ophouden.
Het is moeilijk om geen sympathie op te brengen voor deze amateurs. Hun enthousiasme werkt ook nu nog aanstekelijk. En omdat ze zich nooit aan intimidatie of liquidatie hebben schuldig gemaakt, en uitsluitend in soft drugs hebben gehandeld, zie je hun zonden maar al te graag door de vingers. Hun mentaliteit steekt schril af tegen die van hun opvolgers, de echte drugsbaronnen.
Het is dan misschien ook beter dat de hippies uiteindelijk allemaal gearresteerd werden, omdat ze anders zonder twijfel omgelegd zouden zijn door hun nieuwe, immorele concurrenten. Wel is het wrang dat juist deze amateurs tien tot 25 jaar gevangenisstraf kregen (voorbeeldfunctie) en soms nog in de bak zitten, terwijl je het goedje dank zij hun pionierswerk nu halflegaal in winkel kunt kopen.
- Categorie: Columns over tv 1993-1998
Sensatie-docu blameert onschuldige mensenhaai
Ik kijk graag naar natuurseries. Liefst tijdens bet ontbijt. Er gaat niets boven een dampend bordje Brinta terwijl er op de achtergrond een jachtluipaard op de endeldarm van een vers geslacht antilopejong zit te kauwen. Alles wat groeit en bloeit, en altijd weer krepeert.
Jammergenoeg is het gros van de vaderlandse natuurseries voor randdebielen gemaakt - denk aan de hondebrokshows van Martin Gaus en de dierentuin-brabbels van Anton 'Bugers' van Hooff. Maar zelfs in gerespecteerde buitenlandse natuurseries wil de balans tussen informatie-overdracht en entertainment nog wel eens scheef liggen.
Zo probeert de 250-jarige Jacques Cousteau zijn lichtvoetige boottochten als een New Age ontdekkingsreis met filo-ecologische diepgang te presenteren, terwijl Richard Attenborough zich juist in prevel-details verliest op momenten dat een briesende neushoorn om een fotogeniek shot staat te hunkeren. Natuurdocumentaires van Amerikaanse makelij zijn een zeldzaamheid op onze buis. Uitzondering is 'World of Discovery' van RTL 4, en de aflevering die ik bekeken heb stemde bepaald niet hoopvol.
Ze stond geheel in het teken onderwatercameraman Al Giddings. Giddings heeft zijn leven gewijd aan het filmen van haaien, en ik verwachtte dus een rijkgeschakeerd biologisch portret van deze vissoort. No way. Al Giddings is Amerikaan, en Amerikanen houden alleen van groot en gevaarlijk. Van Witte Mensenhaaien dus. Daarom ging bijna de gehele aflevering over de verschrikkingen van de Witte Mensenhaai: hoe groot 'ie is, hoeveel tanden 'ie heeft, hoe hard 'ie bijt, hoe gemeen 'ie kijkt.
Deze actiebeelden waren op zich nog wel fascinerend, maar ze werden voortdurend misbruikt om te benadrukken hoe dapper filmer Giddings wel niet is geweest, hoe vaak 'ie zijn leven wel niet gewaagd heeft om ons landrotten voor dit gevaar te waarschuwen. De docu stond bol van Al Giddings' wapenfeiten, en de haai zelf kwam nauwelijks aan het woord - laat staan een minderspectaculaire neef.
Misschien noeten Martin Gaus en Anton van Hooff eens Witte Mensenhaaien gaan temmen. Lekker de Waddenzee met Gaus als aas en Van Hooff als cameraman. Mooie slow motion beelden van Gaus als ie tot haaiebrokken gekauwd wordt, mooie close-ups van Van Hooff als hij met bloederige beenstompjes op de kant getrokken wordt. Jammer gernoeg komen er niet veel haaien voor in de Waddenzee. En zeker geen witte haaien. En de zeehonden hebben al zoveel kwik en olie achter de kiezen dat echt geen trek hebben in nog eens zeventig kilo ongeschoren Hilversums afval...