Van stuurse puber tot psychopaat

De Amerikaanse cinema leeft van tieners. Al meer dan een kwart eeuw vormen zij de meerderheid van het bioscooppubliek en moeten ze als de smaakmakers van het moderne Hollywood worden beschouwd. Om aan hun wensen tegemoet te komen, lanceert Hollywood met grote regelmaat fotogenieke James Deantjes die, ondanks een gebrek aan acné, beugels, sproeten of anorexia, toch met dezelfde puberale problemen worstelen.

Ze worden dan een paar jaar onder glitter, glamour en fanmail bedolven, maar zodra hun adamsappel volgroeid en hun sex-appeal verjaard is, zakken ze weer terug in de vergetelheid. Eéndagsidolen.

Toch bijten sommigen door. Matt Dillon bijvoorbeeld. Hij moet wel, want hij is door de pers tot de nieuwe James Dean gebombardeerd. En toegegeven: hij zou met zijn Cro Magnon-kaak, doorgegroeide wenkbrauwen en diepliggende kool-pupillen voor een aangetrouwde achterneef van Dean kunnen doorgaan.

Bovendien deelt hij diens voorkeur voor infantiele cool en voor eenduidige rollen: hij speelde een stuurse puber in 'Over the Edge', een stuurse puber in 'Rumblefish', een stuurse puber in 'The Outsiders', en onlangs (omdat hij toch echt te oud werd) een stuurse junk in 'Drugstore Cowboy'. Een onvermoeibare rebel dus, met verdomd weinig cause.

Maar was Dean zo verstandig zich op het hoogtepunt van zijn carrière te barsten te rijden, Dillon zal zijn imago zelf moeten veranderen om verdere type-casting te voorkomen. Hoe? Och, met een kaak die inmiddels Neanderthalproporties heeft aangenomen, wenkbrauwen die op zijn borst zijn doorgegroeid, en kool-puppillen die zó ver weg liggen, dat ze warempel diepe gronden suggereren, kan hij overal terecht als psychopaat.

Iets dergelijks moet ook Dillon zich gerealiseerd hebben, want in 'A kiss before dying' van regisseur James Dearden speelt hij een sexy killer. Dillon heet Jonathan Corliss en is jong, knap, en zeer ambitieus. Hij wil koste wat het kost carrière maken bij de multinational van Carlsson (Max von Sydow). Via de huwelijksboot. Hij legt het aan met Carlssons dochter Dorothy (Sean Young), maar als zij onbedoeld zwanger raakt, besluit haar uit de weg te ruimen. Hups, van het dak af. Zo gaat dat in films.

De politie denkt natuurlijk dat het zelfmoord is, maar zus Ellen (ook Sean Young) is argwanender, en gaat op onderzoek uit. En wie leert ze kennen? Ja hoor, een charmante jongeman met een stevige kaak, doorgegroeide wenkbrauwen en diepliggende ogen... Liefde op het eerste gezicht. Zo gaat dat in films.

Slappe hap? Dat kun je wel stellen, ja. Maar het is moeilijk te zeggen wie blaam treft. Misschien schept de naam Ira Levin, op wiens boek de film is gebaseerd, valse verwachtingen, of heeft nieuwkomer Dearden - die ooit het scenario van 'Fatal Attraction' schreef - te weinig regie-ervaring voor een strakke thriller.

Op Matt Dillon valt in ieder geval niets aan te merken. Met de flair van een ervaren ladykiller flikkert hij dames van flats en knijpt hij strottehoofden dicht. Zeer stijlvol. Het zit er dan ook dik in dat Dillon deze rol nog tien films volhoudt.