Hollywoodconventies smoren Spike Lee’s getto-leed

Etnisch gezien staan de films van Martin Scorsese en Spike Lee loodrecht op elkaar. Scorsese's verhalen gaan over Italiaanse gangsters die hun dochter liever doodschieten dan haar met een 'zwarte aap' te laten seksen, de Afro-Amerikaanse getto-jongens van Lee verslijten zo'n beetje alle blanken voor Ku Klux Klan-leden.

Beide regisseurs zijn afkomstig uit een racistisch milieu. Dat schept, samen met een voorkeur voor zeer persoonlijk filmen, een band. Daarom heeft Scorsese Lee onlangs 'Clockers' toegespeeld, een gewild scenario over de drugsscene van Harlem.

Scorsese had het in eerste instantie zelf willen verfilmen, maar gaf de voorkeur aan gangsterepos 'Casino'. Hij verzorgde nu de productie van ‘Clockers’ en charterde huis-acteur Harvey Keitel. Scorsese's invloed is in ‘Clockers’ merkbaar, wat de handtekening van Lee enigszins vervaagt.

‘Clocker’ is bargoens voor dealer. Strike (debutant Mekhi Phifer) is een dealer. Niet bepaald een ambitieuze, maar in zijn buurt dealt iedereen die wat wil verdienen. Bovendien staat hij onder invloed van de oudere Rodney, een lokale drugslord die van Strike zijn onderkoning wil maken.

Daarvoor moet Strike zich wel bewijzen. Hij moet een uitbater van een hamburgertent vermoorden die bij Rodney in het krijt staat. Strike twijfelt enorm en bespreekt het probleem met zijn broer, een hardwerkende huisvader. Als Strike hem wijsmaakt dat de uitbater vrouwen mishandelt, belooft zijn broer het te 'regelen'. De volgende dag wordt de hamburgerman doodgeschoten aangetroffen. Strike's broer geeft zich aan, maar inspecteur Rocco Klein van moordzaken (Keitel) heeft zo zijn twijfels. En zet Strike onder druk. Ondertussen begint Rodney Strike te verdenken van verraad.

"Spike Lee has the unique ability to suffuse Clockers with an insiders' sensibility", stelde Scorsese terecht in een interview. Voor Lee was het scenario echter aanleiding om het uitgekauwde getto-leed eens in de vorm van een onderhoudende whodunnit te gieten. Dat heeft inderdaad een verfrissend effect: Lee's opdringerige moralisme heeft territorium moeten afstaan aan het verhaal.

Aan de andere kant lijkt de degelijkheid van het scenario Lee's stilistische persoonlijkheid te ondergraven. Zoals hij met het militant ongenuanceerde 'Do the right thing' een filmische vuistslag uitdeelde, zo lijkt hij met Clockers Hollywoodiaanse conventies te ambiëren - archetypische personages, verantwoorde flash-backs, pompeuze sfeermuziek.

Lee's spielerei beperkt zich tot het gebruik van verschillende filmsoorten voor verschillende typen scènes, en dat is noch indrukwekkend noch bijster origineel. Pijnlijk genoeg ogen de mooiste shots uitgesproken 'Scorsesiaans' -dreigende slow-motion opnamen van politieauto's door de getto. Misschien had Clockers juist door Scorsese gemaakt moeten worden, en moet Lee moet maar eens wat mafiosi aanpakken - zonder 'insider's sensibility', maar mét vuistslag.