Rondvliegend sperma als louterende grap

Anders dan in Nederland kan stand-up comedy in de Verenigde Staten bogen op een lange traditie. Het wordt daar als een volwaardige podiumkunst beschouwd. Bovendien is het gros van de Amerikaanse filmkomieken als stand-up comedian begonnen. Woody Allen, Billy Cristal, Richard Pryor, Bill Cosby, Roseanne Barr, Steve Martin, Jim Carrey, Eddie Murphy, Robin Williams, allen hebben er hun sporen mee verdiend.

Voor de performer heeft het directe contact met het publiek een verslavend effect. Een paar flinke lachbulders kunnen een euforisch gevoel opleveren. Maar één pijnlijke stilte is soms voldoende voor een afgang. Stand-up kortom, is het Moment der Waarheid. Omdat veel filmsterren tijdens hun carrière hun ziel verkopen aan lucratieve maar zouteloze Hollywoodproducties, zoeken ze regelmatig hun roots op voor een louterend moment. Zo is het mogelijk dat je in L.A.’s The Improv, bakermat van de stand-ups, opeens Adam Sandler achter de microfoon ziet opduiken.

Want ook Adam Sandler was stand-up voordat hij werd gerekruteerd voor Saturday Night Live en doorbrak in Hollywood. Naar eigen zeggen was hij verslaafd aan het voetlicht, trad hij op sommige avonden wel drie keer op. Op zoek naar de kick. Of…om de goden te verzoeken. Want een mislukt optreden leverde hem een fikse depressie op. In ‘Funny People’ laat Sandler, die met 25 miljoen dollar per film tot de best betaalde filmsterren ooit hoort, iets zien van de zelfhatende wereld der stand-ups, compleet met scheet-, stront- en spermagrappen.

Sandler is filmster George Simmons, ooit een messcherpe stand-up die zich te vaak heeft laten verleiden tot melige filmkomedies waarmee hij multimiljonair is geworden. Tijdens een slecht-nieuws gesprek hoort Simmons dat hij aan bloedkanker leidt. Hij krijgt experimentele medicijnen voorgeschreven maar laat zich niet verleiden tot valse hoop. Terminaal is hij. En voor het eerst in jaren voelt hij zich kwetsbaar. Hij beseft nu ook wat voor lul hij is geworden, een aan groupies verslaafde egoïstische sarcast. Niet voor niets is zijn vriendin er vandoor gegaan. En moet zijn familie niets meer van hem hebben.

Wat hem rest is zijn talent als stand-up. Hij wil de planken weer op. Maar materiaal heeft hij niet. En zijn depressie bezorgt hem een writer’s block. Als hij tijdens een avondje Improv op beginneling Ira Wright stuit (gespeeld door stand-up comedian Seth Rogen), ruikt hij talent. En huurt hem in. Ira blijk een gouden greep: George leeft weer op, boekt succes en versiert zijn ‘ex. Voor even dan.

Adam Sandler heeft zijn nek behoorlijk uitgestoken met deze George Simmons. Het personage is zó onsympathiek dat je onmogelijk iets voor hem kunt voelen. Daarbij speelt Sandler hem zó overtuigend dat je je bijna afvraagt of hij ons een blik in zijn eigen leven gunt.

Ook regisseur/scenarioschrijver Judd Apatow, ooit roommate van Sandler en mentor van Seth Rogen, heeft risico’s genomen. In de eerste plaats vanwege een stijlbreuk. Vóór de pauze is ‘Funny People’ een komisch drama, de tweede helft heeft meer weg van een zwarte komedie. Deze schijnbaar subtiele wending heeft de film onevenwichtig gemaakt, zeker ook omdat de plot een excuus is voor de werkelijke film: een kijkje in de keuken van de stand-ups.

En gezegd moet worden, Apatows blik is ongepolijst. Hij laat zien hoeveel grappen er uitgeprobeerd worden, vooral ook hoeveel flauwe. En hoe grappig juist de banaalste grappen vaak zijn; het sperma vliegt ons om de oren. Maar ‘Funny People’ is slechts één moment echt indrukwekkend, als Sandler met bijna tastbare depressie een black-out op het podium incasseert. “When you can hear the waitress walk,”zegt hij monotoon in de microfoon, “you know you’re not doing too well. And when you can hear the freeway…”

Funny People
Adam Sandler(l) en Seth Rogen