Metaalmoeheid in roestvrijstalen formule

Blue Sky Studios heeft het voor elkaar: met hun eerste film gelijk een hit en een basis voor talloze sequels. Toegegeven: ze had al computer-animatie geleverd voor films als ‘Fight Club’, ‘Star Trek: Insurrection’ en ‘Alien Resurrection’. Maar ‘Ice Age’ was hun eerste echte avondvullende film. De sleutel tot dat succes zat ‘em niet zozeer in technische hoogstandjes als wel in grondig uitgewerkte karakters. Een depressieve mammoet, een plakkerige luiaard en een broeierige sabeltandtijger die tot elkaar veroordeeld zijn en zich tegen wil en dank in elkaars - en in onze - harten nestelen, daar kon zelfs concurrent Pixar jaloers op zijn. En dan hebben we het nog niet eens over die eekhoorn met eikelfixatie.

Tegen alle filmwetten in was het vervolg, ‘Ice Age: The Meltdown’ zo mogelijk nog beter. Het team werd versterkt door een wijfjesmammoet-die-denkt-dat-ze-een-opossum-is, met in haar kielzog haar ‘broertjes’, twee rellende opossums. Het werkte. Het kon dus niet anders zijn, er moest een derde ‘Ice Age’ komen: ‘Dawn of the Dinosaurs’ (regie: Carlos Saldanha, Mike Thurmeier).

Het mammoetenpaar verwacht een baby. De luiaard is daar jaloers op. En als hij drie enorme eieren in een onderaardse grot aantreft besluit hij deze uit te broeden. Er komen echter niet drie luiaardjes uit, maar drie Tyrannosaurus rexjes. Die, zoals dat met inprenting gaat, de luiaard onmiddellijk als hun moeder erkennen. De luiaard is in zijn nopjes met zijn status van kersverse moederkloek. Totdat de echte moeder haar kroost komt opeisen. Zij neemt de drie kuikens én de luiaard mee naar een verborgen tropische wereld bomvol dinosauriërs die net doen alsof ze nooit uitgestorven zijn. Het mammoetenpaar, de sabeltandtijger en de rest van de bende gaan op zoek naar hun maatje. Onderweg krijgen ze hulp van een prettig gestoorde eenoogige gids, een dappere wezel.

Het was onvermijdelijk dat er enige metaalmoeheid zou optreden in de roestvrijstalen formule. Het verbale gespar tussen de helden is niet meer zo sprankelend als eerst. En je begint je zelfs een beetje te ergeren aan de scene stealende eekhoorn die zijn cojones bijna aan de wilgen hangt voor een burgermansleven. En gezegd moet worden dat het aanstaande ouderschap van de mammoeten ondermijnend werkt op de groepsgeest – er is zelfs een speelplaats voor de aanstaande kleine gemaakt. Niet voor niets dat de tijger aan het begin van de film de kuierlatten neemt - geen plek voor een roofdier in een crèche. Of is er nog een reden? Want ‘Ice Age’ worstelt steeds meer met diens carnivorisme. Deze character flaw kan niet langer met de mantel der liefde bedekt worden, maar evenmin voor de camera opgelost worden; bloedvergieten is not done in een familiefilm…

Tja, en dan dat enige nieuwe personage in de film, de wezel. Is niet echt geslaagd. Te oubollig in zijn mafheid, te voorspelbaar is zijn absurdisme. “Shhht! I can hear the wind speak.” – “What does it say?” – “I don’t know. I don’t speak wind.” Niet voor niets sluit hij zich uiteindelijk niet aan bij het team. Net iets te gewoontjes.

Dat Blue Sky zelf ook niet helemaal overtuigd is geweest van de verhaallijnen blijkt uit de overdaad aan actie en de keuze voor een gimmick als 3D. Ze hebben werkelijk alles uit de kast getrokken om ons dat achtbaangevoel te bezorgen. Maar juist actie verveelt zo snel.

Een misser dus? Welnee. We zijn gewoon ontzettend verwend met meesterwerken als I en II. Een beetje Ice Ager komt nooit onder de 7. En ‘Dawn of the Dinosaurs’ is een dikke 7 ½. Al was het alleen maar om de luiaard drie kolossale Tyrannosaurus-eieren uit te zien broeden. Hoe romantisch!

Ice Age 3: Dawn of the Dinosaurs
Eekhoorn treft zijn gelijke