Versnelde celdeling als kerstboodschap

Sommige regisseurs hebben een duidelijk handtekening. Tarkovsky's films herken je al bij het eerste shot aan het dromerige camerawerk en verschoten kleurgebruik, die van Nicholas Roeg aan de vloeiende montage, die van Sam Peckinpah aan de slow motion gewelds-choreografie.

Zo'n handtekening is natuurlijk geen synoniem voor kwaliteit. Hij kan zelfs een daar-heb-je-hem-weer reactie oproepen. Denk aan David Lynch met zijn ironische acteer-regie of Woody Allen met zijn neurotische stokpaardjes. Verder kunnen 'kleurloze' regisseurs evengoed briljante films afleveren. Een cineast als Francis Ford Coppola is moeilijk te duiden ­ 'Apocalypse Now', 'Rumble Fish' en 'The Godfather' hebben stilistisch gezien niets gemeen ­ maar hij weet iedere film een uniek karakter te geven. Als zo'n identiteitsloos regisseur echter een karakterloos product aflevert is dat extra pijnlijk, zo blijkt uit 'Jack', Coppola's komedie over een kind in volwassen lichaam.

Jack (Robin Williams) groeit vier maal zo snel als een normaal kind. Hij komt al na twee maanden zwangerschap ter wereld en heeft op z'n vierde jaar borsthaar. Aanvankelijk proberen zijn ouders hem te beschermen tegen de boze buitenwereld. Ze houden hem thuis met veel speelgoed en hij krijgt les van een privé-docent. Maar als Jack 10 is en het lichaam van een veertigjarige heeft gekregen wil hij vriendjes maken. En naar de echte school. Maar daar wachten hem pesterijtjes. Pas na een vuurdoop op het schoolplein als basketbalreus en na het kopen van vieze blaadjes weet hij respect af te dwingen bij de boys. De opwinding bezorgt hem wel bijna een hartaanval.

Als ik 'Jack' zonder enige voorkennis in de sneak preview had gezien en niet op de credits had gelet, was ik ervan overtuigd geweest dat de film door een goedkope televisieregisseur was gedraaid. Zo gewoontjes, zo voorspelbaar, zo tam. Een paar aardige grappen, maar vooral 'Disney sweet'. Het lijkt of Coppola moe is geworden van zijn pretenties en eens gewoon lol wilde maken met de kids op de set.

Toch is 'Jack' weer te dramatisch om voor een volbloed kinderfilm door te gaan: Williams' versnelde celdeling wordt als een serieuze, terminale ziekte gepresenteerd. Een nogal smakeloze zet overigens als je je realiseert dat progreria, een werkelijk bestaande ziekte, van kleuters uitgemergelde opa'tjes maakt.

Bezwaarlijker is dat Coppola genoegen heeft genomen met een parasitair scenario. 'Jack' is onmiskenbaar een aftreksel van kaskraker 'Big' waarin een tiener terecht komt in een volwassen lichaam, gespeeld door Tom Hanks. Wist Hanks zijn rol overtuigend te nuanceren, Robin Williams zit ­ zoals te verwachten ­ vooral gekke bekken te trekken en bestudeerde infantiele bewegingen te maken. Al met al is 'Jack' Coppola's eerste niemendalletje geworden. Een geldvangertje voor de kerstdagen. Slechts de versneld overwaaiende wolkenformaties, die Jacks groei moeten symboliseren, doen denken aan 'Rumble Fish', aan een tijd dat Coppola nog kunst wilde maken. Maar da's eerder een krabbeltje dan een handtekening.