De vrouw achter de self made man

Je hoeft geen cynicus te zijn om de politiek als een cynisch universum te kenschetsen. Persoonlijke idealen worden verkwanseld voor groepsidealen, groepsidealen worden verkwanseld voor machtshonger, machtshonger is onstilbaar want uit op machtsbehoud. Politiek haalt het zwakste in de mens naar boven. De meeste biopics over politici moeten het dan ook hebben van een dramatische bonus, zoals revolutie (Danton), moord (JFK) of schandaal (Nixon). Alleen dan kunnen deze mannetjes opgewaardeerd worden tot helden, martelaars of schurken.

La Conquête is een van de weinige films die zich volledig concentreren op een politieke slangenkuil. En nog wel op die van een zittende leider: Nicolas Sarkozy, président de la France. Tot ver buiten de landsgrenzen bekend vanwege zijn driftige uitstraling en veel te sexy echtgenote. Dat fotomodel is echter niet altijd madame Sarkozy geweest. En daar gaat La Conquête over. Of beter gezegd: daar had de film over moeten gaan.

Nicolas Sarkozy (Denis Podalydès), zoon van een Hongaarse immigrant en een Franse moeder, is minister van Binnenlandse Zaken. Dat bevalt hem helemaal niet, want eigenlijk wil hij kalief zijn in plaats van de kalief. Die kalief is president Jacques Chirac (Bernard Le Coq) en die heeft een broertje dood aan Sarkozy's drammerige ambitie. Een waardiger opvolger ziet hij in premier Dominique de Villepin, een slijmbal die Sarkozy waar mogelijk probeert te naaien. Maar Nicolas heeft zijn eigen plan getrokken. Hij weet hoe hij het grauw voor zich kan winnen met klare taal en bruuske mimiek. En vooruit, die allochtonenkaart wil hij ook nog wel trekken om stemmen weg te kapen bij Le Pen.

Sarkozy wordt zo populair dat hij vergeet wie het eigenlijke genie is. Zijn vrouw, Cécilia, is gezegend met een politieke intuïtie waar Sarkozy's strategisch team een punt aan kan zuigen. Cécilia heeft Nicolas gemáákt. Dus als zij het kille egocentrisme van haar man eindelijk beu is en hem enkele maanden voor de presidentsverkiezingen verlaat, stort de kandidaat in. Maar is het liefdesverdriet of een politieke dip? Is een man die zijn vrouw niet in toom kan houden, wel mans genoeg voor het presidentschap.

La Conquête opent met haar beste scène: Sarkozy, zittend in een stoel, depressief voor zich uitstarend, spelend met zijn trouwring. Hij heeft net te horen gekregen dat zijn vrouw de hort op is met een ander, en wij krijgen te horen dat Sarkozy zojuist verkozen is tot de 23e president van de Franse Republiek. Geen spoor van vreugde, slechts verlamming. Regisseur Xavier Durringer heeft Sarkozy in één shot neergezet als een getroubleerd man. Beetje gejat van The Godfather: Part III, maar dat maakt dit contemplatieve moment niet minder krachtig.

Zeker ook omdat de rest van de film een bombardement aan informatie is. Deels legitiem. Politiek gekonkel is nu eenmaal ingewikkeld en vluchtig, dus alles moet uitgelegd worden en herhaald en dan nog eens uitgelegd. Maar een goed verhaal is meer dan informatie-overdracht of een lesje in ethiek. En ook op de tour de force van acteur Podalydès, die alle zeilen bijzet om een waarachtige Sarkozy neer te zetten maar doorglijdt in een karikatuur van deze manisch depressieve modern day Napoleon, zit niemand echt te wachten.

Wat wij willen, is emotie. Drama. En dat drama lag voor het oprapen. In plaats van zich te verliezen in de steekspelletjes had regisseur Durringer zich moeten focussen op de relatie tussen mevrouw en meneer Sarkozy. We hadden de liefde moeten zien opbloeien, twee ambitieuze strategen die als partners in crime na een portie heftige seks visioenen delen over de verovering van Frankrijk. Durringer had de liefde tussen Nicolas en Cécilia tastbaar moeten maken. Dan hadden we samen met de president in die stoel gezeten, reddeloos verloren zonder soul mate. Hadden we Sarkozy's zelfhaat gevoeld als hij zijn doodongelukkige vrouw op de wang zoent voor de draaiende camera's. Dan hadden we Nicolas Sarkozy leren kennen als een man die zichzelf ontmenselijkt en zijn liefde verraadt met zijn ambitie. Nu is het gewoon 't zoveelste machtsgeile mannetje geworden.

La Conquête
Geen tijd voor een Waterloo