De horror onder moeders rokken

De moderne Amerikaanse spookfilm staat niet bekend om haar subtiliteit. Dat komt doordat Amerikanen als de dood zijn voor abstracties. Ze kunnen alleen maar griezelen als Het Onnoembare herkenbaar is. Daarom laat Hollywood haar art department liefst wezens ophoesten uit bijbelse folklore, oftewel Beëlzebubs-met-een-vitaminegebrek. Verder heeft de digitale revolutie hun creativiteit er niet subtieler op gemaakt. Integendeel, de special effects-jongens leven zich tegenwoordig uit als kinderen met een doos verse krijtjes. Derde oorzaak van de banalisering is dat het genre een kweekschool is geworden voor vers talent. Onzekere regisseurs proberen te scoren door ons zenuwstelsel te kastijden met een batterij aan shock-effects. Deze nadrukkelijkheid is opmerkelijk, omdat juist horror ons heeft geleerd dat eng enger worden naarmate minder getoond - niets zo angstaanjagend als onze eigen invulling.

Horrorspecialist Guillermo del Toro is geen Amerikaan. En bepaald geen nieuwkomer. Deze Mexicaan heeft naam gemaakt in Hollywood door een eigen subgenre te ontwikkelen: chique horror met intellectuele pretenties, gearomatiseerd met bizarre wezens. Denk aan Splice en El Laberinto del Fauno. Niet allemaal even subtiel of geslaagd, maar interessante pogingen tot eigenzinnigheid. Daarbij is Del Toro een van de weinige succesvolle horrorregisseurs die trouw is gebleven aan het genre en als producent aanstormend talent de kans geeft. Zoals de Spaans-Canadese Andrés Muschietti met spookfilm Mama. Slappe titel? Dit moedertje bezorgt je koude rillingen.

Twee jonge kinderen worden aangetroffen in een overigens verlate en verwaarloosde bungalow in een bos. Jaren daarvoor heeft zich een drama afgespeeld. Moeder is dood, vader is dood. Hoe de dochters die jaren overleefd hebben is een raadsel. Als hun oom (Nikolaj Coster-Waldau) en zijn vriendin (Jessica Chastain) zich over de twee ontfermen, blijken de zusjes uitermate getraumatiseerd: ze hebben een moeder verzonnen. Die lijkt nog steeds over hen te waken. Op het jaloerse af.

Dat Mama chique horror is blijkt direct uit strak geregisseerde beelden van een auto-ongeluk. Maar ook als het griezelen op gang komt is dat gelijk stijlvol. Geen ‘bizarre’ creaturen uit Del Toro’s keuken, maar gewone kinderen, vervuild en verdierlijkt, voor deze scènes gedigitaliseerd om hen zo overtuigend mogelijk op handen en voeten te laten bewegen. Huiveringwekkend én subtiel, kenmerkend voor een groot deel van deze film.

Zo is de spookmoeder slechts een schaduw of een silhouet, soms horizontaal over de muren bewegend, altijd op de achtergrond, achter de heldin. Bijzonder dreigend en onmiskenbaar geïnspireerd op de hedendaagse Aziatische horror. Daarbij is Muschietti’s camerawerk erg effectief: door uitgekiende perspectieven komen we er vaak pas laat achter dat de kinderen niet met elkaar spelen maar met een spook. Koude rillingen krijg je ervan, zelfs bij daglicht.

Is de moeder eng, het zijn de kinderen die de film bijzonder maken. Kwetsbaar, dreigend, starend, inschattend, zwijgend, motten etend, in kartonnen dozen kruipend, onder hun bed slapend. Nooit eerder werden kindacteurs zo overtuigend geregisseerd in een genrefilm. Maar Mama scoort vooral omdat het, net als klassiekers The Sixth Sense en The Others, meer drama is dan horror. De pogingen van de stiefmoeder om het vertrouwen van de kinderen te winnen zijn roerend waardoor de kijker zich werkelijk betrokken voelt bij dit gezin en Mama boven genrecliché’s uitstijgt. Deze film is van vlees & bloed.

Dat het een debuut is merken we evenzeer. De regisseur vergrijpt zich regelmatig aan shock-effects en laat de film uiteindelijk ontsporen in een bijna hilarisch Disneydrama van digitale effecten. Maar dan is reeds duidelijk dat Muschietti een auteur is waar we nog veel van gaan horen. En dat hij daar geen mother-from-hell voor nodig heeft.

Mama
Amber alertje