Dat zwaard pas ons allemaal

Zelf zien zij dat ongetwijfeld anders, maar filmstilisten zijn doorgaans luie, zelfgenoegzame donders. Ze voelen zich niet geroepen om een fatsoenlijk verhaal te schrijven, zien zichzelf als visual artists die filmgeschiedenis schrijven met te lange shots, te slowe motion, onbegrijpelijke dialogen, atonale muziek en uitvergroot acteerwerk. Of het nu functioneel is of niet, stijl is het enige dat voor hen telt. Plot en likable characters laten ze graag over aan de filmboeren van Hollywood.

De Deense regisseur Nicolas Winding Refn is een buitengewoon luie en zelfgenoegzame donder. Hij heeft ook buitengewoon veel stijlgevoel. In Bronson en Valhalla Rising greep hij ons bij de strot met hallucinatoire beelden, om daar vervolgens helemaal niets mee te doen. Nou ja, niets, er werden wat personages afgeslacht of in elkaar gebeukt, maar sprake van een doortimmerde plot was er niet.

Dat Refn toch grote namen weet aan te trekken komt doordat zijn type arthouse film het cv van Hollywoodsterren instant cachet geeft. Zo liet hunk Ryan Gosling zich onlangs strikken voor een echte Refn, als reïncarnatie van Steve McQueen in Drive. Was dat nog een tamelijk conventionele productie, wie een onbezorgd avondje uit verwacht met Gosling in Only God Forgives, komt bedrogen uit.

Broers Julian en Billy zijn Amerikaanse expats te Bangkok. Ze moesten het vaderland verlaten vanwege ‘zakelijke’ verwikkelingen en dealen nu dope in den vreemde. Helemaal senang voelt Billy zich vermoedelijk niet, want hij richt een bloedbad aan in een bordeel. Waarop de vader van een van de slachtoffers wraakt neemt. Het bloedvergieten wordt voorgezet door een rechercheur die graag een zwaard hanteert om het verhoor te bespoedigen. Maar dan komt moeders overvliegen. Met een bad hair day.

Als er in deze ironische, postmoderne tijden nog zoiets kan bestaan als melodrama dan is Only God Forgives er zeker een. Bijna iedere scène is over de top door absurde slow motion, hysterische synthesizer, überkitscherige liedjes en hectoliters bloed. De personages lijken rond te dolen in het vagevuur, wachtend op executie, tevergeefs zoekend naar daglicht. Only God Forgives is zelfs te duister voor een film noir.

Veel ruimte voor acteerwerk lijkt zo’n zwart sprookje niet te bieden. Tenminste, Gosling beperkt zijn method acting tot broeierige blikken langs de camera. Het zijn de bijrollen die indruk maken. De Thaise Vithaya Pansringarm als martial arts cop, gespecialiseerd in karaoke en het afhakken van handen, en Kristin Scott Thomas als mother-from-hell die graag uitwijdt over de erecties van haar zonen, het zijn personages die zich vastbijten in het scherm om nooit meer uit ons collectieve filmgeheugen te verdwijnen.

Dat Only God Forgives snoepgoed is voor oog & oor maakt de film nog niet origineel. Integendeel. Werkelijk ieder shot lijkt gejat van de montagetafel van David Lynch, maar dan wel van een Lynch die een psychose heeft gekregen tijdens een bad trip. Aangenaam kijkvertier is de film evenmin: Refn probeert te shockeren met sadistische scènes die tegen de torture porn aanhangen. Zo wordt een lokale gangster met een vleesfonduevork bewerkt in armen, benen, oog en oor zonder dat dit ook maar enige functie heeft in de ‘plot’. Een knipoog naar stilisten/sadisten Sergio Leone en Quentin Tarantino? Not amused.

Hebben de meeste films baat bij zo min mogelijk voorkennis omdat er dan veel ruimte is voor verwondering, Only God Forgives maakt vooral indruk als je precies weet wat je te wachten staat. Wie geen hoop koestert op verhaal, logica of emotie, zal genieten van deze luie, zelfgenoegzame maar buitengewoon indringende art pulp.

TITEL FILM
Sambal bij?