De carrière-switch van Stallone

Sylvester Stallone is het pispaaltje van de internationale filmkritiek. Zelfs de populaire pers, die zich doorgaans verplicht voelt commerciële nonacteurs de hemel in te prijzen, durft het tegenwoordig aan de megaster ongenuanceerd de grond in te boren. Het is mode, dus legitiem. Deze tendens ligt voor de hand. Sinds het fenomenale succes van 'Rocky' in 1976, heeft Stallone zich gedragen als een arrogant wonderkind, zonder die houding met degelijk acteerwerk te staven. Al zijn personages kregen hetzelfde ééndimensionaal machismo mee.

Slechts één karakter dwong tot nu respect af, vreemd genoeg juist vanwege die uitstraling: Vietnam-veteraan John Rambo. Want wie zich door de overkill aan geweld heen wist te bijten, kreeg een van de meest overtuigende protagonisten uit de filmgeschiedenis te zien. Een oerheld met dierlijk charisma.

De kracht van Rambo school voornamelijk in diens anachronistische humorloosheid. In een tijd dat zelfspot voor helden een voorwaarde leek om te kunnen overtuigen (Dirty Harry, Indiana Jones, James Bond), maakte Rambo's concessieloze ernst een unieke, degelijke indruk. 'This guy is dead serious'.

Jammer genoeg is Stallone Rambo zo langzamerhand beu. Daarom heeft hij nu komedie-regisseur John Landis voor zijn kar gespannen, hoewel de acteur ooit zelf heeft toegegeven niet over komisch talent te beschikken; een statement die we sinds 'Rhinestone' (een verschrikkelijke komedie met Dolly Parton als tegenspeelster) heftig beamen. Resultaat van de samenwerking met Landis: een gangsterklucht, genaamd 'Oscar'.

Stallone speelt bootlegger 'Snaps' Provolone. Een zware jongen. Op het sterfbed van zijn vader (gastrolletje van Kirk Douglas, ooit ontslagen op de set van 'Rambo') belooft hij voortaan een eerlijk en deugdzaam leven te zullen leiden. Als bankier. Zo'n professionele en vooral morele switch zorgt voor de nodige hilarische situaties, maar ook voor een hoop dilemma's.

'Snaps' kan nu niet meer met bot geweld zijn zin doordrijven. En als hij hoort dat zijn accountant hem voor vijftigduizend dollar heeft opgelicht, en zijn dochter heeft zwanger gemaakt, moet 'Snaps' zijn straat-intuïtie gebruiken om de situatie geweldloos op te lossen.

'Oscar' is typisch zo'n komedie waarbij film-cracks zich heimelijk te barsten lachen, om hem na afloop tot de decors toe af te kraken. Toegegeven: de film is met de vele personages, het flutverhaaltje, de talloze verwikkelingen en de eenheid van plaats en handeling in veel opzichten een simpele klucht. En inderdaad: veel grappen hebben door de slome montage van Dale Beidin hun fut verloren.

Maar een aantal goed lopende 'running gags', en een paar vlotte, bijna absurde dialogen krikken de snelheid weer aardig op. Bovendien is het acteerwerk 'fingerlicking good'. Vooral Peter Riegert (bekend uit 'Local Hero') als bodyguard annex butler, en Martin Ferrero en Harry Shearer als kleermakers annex huurmoordenaars verdienen een Oscarretje.

En Stallone? Die doet het heel aardig. In het begin, als 'Snaps' eenzelfde patserpak blijkt te dragen als Stallone privé deed in de bloeitijd van Rocky, moetje even een onbedoelde schater wegslikken, maar zijn acteerwerk bezorgt je zeker geen kromme tenen. Dus wie weet: van Rambo III tot Bob Hope II. Dat zou een mooie carrière-switch zijn.